Het blijft beperkt wat betreft de liften dus we nemen alle routes die we kunnen vinden. Het zicht is wat beperkt door mist en nattigheid. Het houdt ons niet tegen maar het maakt het skiën wat lastiger omdat je echt niet ziet hoe de piste eruit ziet. Vooral tussen de oranje palen mikken dus.

Dat het met beslagen bril en daarover een natte skibril wat linker is realiseer ik me als ik gestrekt met mijn gehelmde achterhoofd een deuk in de piste sla. Zoals te doen gebruikelijk ski ik achter mijn mannen aan om het overzicht te houden en te hulp te bieden als het nodig is. In dit geval echter opeens zonder waarschuwing (ik weet nog niet precies hoe) verlies ik mijn balans en smak tegen de ijzige piste waarbij mijn achterhoofd hard op de grond komt. Leve de helm. Geen bewustzijnsverlies, geen misselijkheid, ik weet welke dag het is en waar ik ben dus hoera, ik mag verder.

Als ik om me heen kijk zie ik geen wachtende hulptroepen. Zij kijken zelden achterom. Ik zoek de onderdelen van mijn uitrusting bij elkaar en begin het geheel weer te assembleren tot een skiër. De ski patrouille die tot taak heeft om mensen in nood te helpen komt rustig voorbij skiën en vraagt niet eens of het gaat. Blijkbaar geen eed van Hippocrates gezworen. Rustig ski ik de berg verder af naar mijn verbaasde telgen die een eind verderop ontdekt hadden dat er een wiel aan de wagen ontbrak. Joshua is nu de enige die nog niet gevallen is. Chapeau!

We scoren een lunch bij Storastovo en Barbara heeft de hellingproef met Usko overleefd en voegt zich al zwetend met een hartslag van 130 plus aan tafel.

In de avond gaat zij nog met de mannen skiën met de lampjes aan. Ik kom erachter dat ik toch als eerste met mijn heup de grond heb geraakt als ik probeer uit een stoel te komen.

Belangrijke constatering van de dag is dat chocolaatjes met drop erin smerig zijn (dat verkopen ze hier echt).