Stradadiner

Het mooie van 5 Terre is dat de plaatsjes verbonden zijn met een spoorlijn. Je koopt een dagkaart of zoals in ons geval voor een drie dagen kaart en je mag onbeperkt gebruik maken van trein, bus, het betaalde voetpad van het natuurpark. Je kan zelfs drie dagen op het stations toilet zitten en gebruik maken van je exclusieve internet toegang via de wifihotspots van de spoorwegen. De mogelijkheden zijn eindeloos. Wij kiezen voor een kort ritje met een gekoelde trein om vervolgens een stuk te lopen.

Dat lopen blijkt niet zo’n succes. We zijn namelijk niet de enige en het eerste deel is recht omhoog de berg op. Bij een temperatuur van plus 30 gutst het zweet dan van het lijf. Dat is bij jezelf en lieftallige partner nog te handelen maar in een file van borrelende en zwetende toeristen tellen we zo tien huidaandoeningen en veeg ik de huidschilfers met zweet van mijn bril. Barbara wordt er onpasselijk van en voordat de situatie uit de hand loopt keren we om en pakken een heerlijk koud biertje met bruchetta op een pleintje in het dorp. Het is namelijk wel vakantie.

Eenmaal in het hotel frissen we weer op door douche en airco en maken we ons op voor de laatste etappe van de dag. Een diner bij Billy’s. Dit is zo’n beetje het beste restaurant van Manarola en in het vervolg van ons straatje nog een stukje hoger de berg op. Ze hebben twee shifts per avond en is mateloos populair. Onze host Loris heeft een plekje voor ons geregeld en als we op de afgesproken tijd aankomen blijkt het hele straatje vol te staan met mensen die een reservering hebben. Of we nog even willen wachten en met een gratis glas koele bubbels in de hand willen we dat best. Het lijkt erop dat de hele situatie uit de hand gaat lopen en dat de carabinieri met wapenstok het dronken gepeupel van de eerste shift van het terras moet slaan. Maar als een wonder opent Petrus in de vorm van een schorre regelneef de poorten van de hemel en zitten we binnen 10 minuten op straat. Het blijkt dat er wat keurig gedekte tafeltjes in het straatje zijn gezet om de capaciteit wat op te krikken. Geen straf want de straatjes kennen hier geen gemotoriseerd verkeer. Spijtig echter voor het personeel want die moeten extra ver lopen. Gelukkig heeft onze ober naast goede manieren ook jonge benen en verdient hij met zijn inspanning een leuke fooi die hij (met oprechte tranen in de ogen van dankbaarheid ) van zijn Hollandse meester mag ontvangen.

Zombiereis

Denk je stilletjes zestig te kunnen worden. Zonder al teveel poespas stiekem een ander decade in rommelen zonder dat iemand het in de gaten heeft. Lekker anoniem de dag laten verlopen en dan later kunnen zeggen: Oh, mijn verjaardag? Die is allang geweest joh!

Ik heb het geprobeerd maar het heeft niet gewerkt. Dat gaat dus niet als je vrouw Barbara heet. Stiekem heeft zij er een “ding” van gemaakt en met allerlei collaborateurs een complot gesmeed. Ik had oprecht niets (nou ja niet veel in ieder geval) in de gaten. Zij was trouwens niet de enige. Ook de jongens hebben de wat emotionelere kanten van mijn karakter onderzocht en zijn tot een origineel cadeau gekomen voor mijn verjaardag. Wat betreft Barbara’s inbreng, lees dit verslag! Wat de jongens bedacht hebben moet je maar eens bekijken de volgende keer als je bij ons op bezoek komt.

Op de bewuste dag kreeg is dus te horen volgende week gaan we naar Cinque Terre. De vijf romantische dorpjes aan de middellandse zee in Italië. Het best bereikbaar met trein en te ontdekken per voet. 4 nachtjes in Manarola. Midden in het centrum. Heerlijk! De jongens zorgen voor zichzelf en de honden en ik ga zo’n kwart eeuw terug in de tijd en samen met Barbara op avontuur.

Appeltje eitje. Met het vliegtuig naar Genua en dan met de taxi naar het Nervi station en met de trein naar Levanto, even overstappen dan het boemeltje. Op het station de voetgangerstunnel in daarna 60 meter naar rechts de berg op en dan weer rechts na 40 meter een zwart hek en daar wacht een luxe gekoelde kamer.

Klinkt eenvoudig en dat is het ook, maar ja zestig hé. De nachten voor vertrek heeft Loki ons al redelijk uitgewoond. Tel daarbij op dat we iets te vroeg op Schiphol waren en even moesten wachten. (3 uur) Het vliegtuig zijn slot miste door incompetent KLM personeel en daardoorheen laat was en we door een Taxichauffeur precies op tijd in het station werden losgelaten. ( geen stress hoor). En de temperatuur in Italië significant hoger is dan mijn oude lijf kan handelen. Al deze factoren resulteren in een Zombiereis. Dat is een staat van zijn dat niets je meer kan gebeuren. Je bent immers al overleden. Zonder je ergens nog druk om te maken onderga je emotieloos alle ontberingen en denk je alleen maar aan eten en een bed. Laat dat niet precies hetgeen zijn dat me in Manarola te wachten staat.

Het is een prachtig dorpje en we worden aangenaam professioneel ontvangen. Het sfeertje is werelds (je hoort alle talen van de wereld) en het eten geweldig als je vis en andere zeedieren tot menselijk voedsel rekent.

Na een nachtje heerlijk gekoeld en beneveld (door de lokale wijn) geslapen te hebben gaat ons avontuur beginnen.

Visueel iets minder maar wat smaak betreft onovertroffen.

Via Varmaland naar Reykjavik

Soms heb je van die vakanties waarbij je al een week voordat hij afgelopen is je weer met de terugreis bezig bent. Dan krijg je zo’n meewarig onderbuik gevoel. “Het zit er bijna op, gelukkig hebben we nog een paar dagen”. Kent u dat gevoel? (Denk bij deze zin de stem van dominee Gremdaat).

Nou wij hebben dat gevoel in het geheel nog niet. We zitten nog volop in de vakantiestemming. We gaan van Drangsnes naar Varmaland en maken de plannen voor deze en de laatste dag. Dan moeten we de inmiddels afgespoten auto voor 16:00 uur ingeleverd hebben. Er zijn nog teveel dingen die we kunnen zien. Zoals een visfabriek, schapenmuseum met breiwerkjes en andere folklore maar we besluiten ons te beperken tot de natuurverschijnselen. Watervallen, kraters, wandelingen in natuurgebieden, vulkanen, er staat van alles op het menu. We rijden nu echt het fjordengebied weer uit en het landschap past zich aan. We komen nog langs de Baula die ons doet denken aan de Lonely Mountain van de Hobbit. We zien helaas geen dwergen en ook Smaug is niet thuis. Als je denkt WTF is Baula? Zie hieronder de Wikipedia quote.

Een besneeuwde BaulaHoogte934 mCoördinaten64° 53′ NB, 21° 24′ WLLiggingIJslandTypeBatholietLaatste uitbarsting3,5 miljoen jaar BP

De Baula is een 934 meter hoge conische berg in het westen van IJsland. Baula is lichtrood tot oranje van kleur, die door de steensoort ryoliet veroorzaakt wordt. Baula ligt vlak aan de Hringvegur niet ver van de Bifröst faculteit en de Grábrók krater. De berg bestaat uit rotsmassa dat zo’n 3,5 miljoen jaar geleden diep vanuit de aarde naar boven tot aan de oppervlakte werd gestuwd (een batholiet). De Baula valt op door zijn bijna perfecte piramidevorm en wordt geflankeerd door zijn kleine broertje, de Litla-Baula waar zeldzame zuilvormige strengen van ryoliet worden gevonden.

Baula en Litla-Baula worden tot de mooiste bergen van IJsland beschouwd.

De Grabrok krater stond ook op het menu en de Bifrost mocht natuurlijk niet ontbreken maar dit heeft meer met de legendarische Thor films van Marvel te maken dan de Universiteit die het eigenlijk is.

Rechts Baula en de Grabrok krater linksvoor.
Zou zo op de regenboog van Heimdall teruggaan.

We klimmen, wandelen, rijden rond en verbazen ons over de vergezichten met dramatische luchten en het snel wisselende weer. De afstanden die we moeten rijden vallen vandaag erg mee dus we besluiten spontaan naar Husafell te gaan. Daar komt een bekende IJslander vandaan maar die zijn we snel vergeten. In feite is alles van Husafell snel te vergeten want er is daar werkelijk niets. Het hoogtepunt van Husafell dit jaar is toevallig door een voorbijkomende toerist gefilmd. Zie de video hieronder.

Hoogtepunt Husafell 2022
Ok, nog één waterval.

We dineren in ons hotel. Joshua neemt zijn zevende burger deze vakantie en ik een lekker stuk heilbot. De vis is hier altijd goed valt mij op. Nooit droog doorgebakken maar ook niet glazig en niet gaar. Heerlijk. We gaan voordat we teruggaan nog een keer bij Loki lunchen in Reykjavik om daarna de vulkaan te bezoeken die in 2021 nog volop lava aan het uitbraken was. Die ligt maar 40 km onder Reykjavik in een soort vulkanisch wasteland. Toch staan er aan de kust hier en daar huisjes. Ik denk dat sommigen het toch wel benauwd hebben gehad in die tijd. Er is hier en daar ook een poging gedaan barricades te maken voor het geval dat de lava richting de oceaan zou gaan. Mij zou het verbazen of een dammetje werkt. Als je zo’n tong van zwart lava door het land ziet likken denk ik niet dat er iets is dat het kan tegenhouden. Leuk om te vermelden is dat op de korte wandeling naar het lavaveld we een groepje toeristen tegenkomen. Opeens horen we “Rise Up” en zien we een vriendelijk geheven vuist. Verward roepen Joshua en ik “Yeah” omdat aan de kleding te zien duidelijk een Amerikaan moet zijn. Tien seconden later realiseren we ons dat het geen christelijk appél is maar de strijdkreet van de Falcons. Het footballteam uit Atlanta waar Joshua een petje van op zijn hoofd heeft. We worden overvallen door een warm gevoel van broederschap terwijl ik toch echt een pet van de concurrent op mijn hoofd heb. Maar dat “kan niet boeien” in goed Nederlands. Stiekem oefen ik mijn slogan “Go Birds” , je weet maar nooit. Een andere kreet van mijn team The Eagles is “Fly Birds Fly” en dat is precies wat we moeten gaan doen.

We komen natuurlijk te vroeg op het vliegveld aan en de dame die de auto inneemt heeft 7 jaar in Utrecht gewoond en accepteert de gloednieuwe Nissan zonder dat ze kan zien of er een krasje onder het vuil zit. De vlucht terug verloopt soepel en we denken geluk te hebben omdat de stoel naast ons leeg blijft en we met zijn tweeën drie stoelen kunnen bezetten. Heerlijk om niet binnen 1,5 meter van een vreemdeling te hoeven zitten zonder mondkapjes. Voel je je toch wat veiliger.

Hé, op welke rij zit dat mannetje met die vieze hoest?? Is dat een roker? Of . . .

Drangsnes

Na een nacht van alcoholisch gesnurk nemen we de express lift om een verdieping te zakken. Kijk het filmpje maar, is hilarisch. Het ontbijt gebruiken we in het hoofdhotel. (Wij slapen in een soort spook dependance zonder personeel) en starten onze tocht langs de talrijke fjorden naar Drangsnes. Bekend om zijn Hotpots ( nee geen hotspots) maar daar zijn wij eigenlijk niet in geïnteresseerd. Dat zijn met aardwarmte verwarmde kookpotten waar meerdere mensen tegelijk in hun eigen sop kunnen gaarkoken.

Drangsnes stond op het lijstje omdat we oorspronkelijk vanuit daar een walvistocht wilde boeken. Dat bleek echter te vroeg in het seizoen en daarom zijn we uitgeweken naar Olafvik hetgeen niet lukte door de harde wind. Aangezien we onze reis in haalbare stukken moesten opknippen hebben we Drangsnes in het rijtje laten staan. Het blijkt echter dat het niet alleen voor de boottocht te vroeg in het seizoen is. Ook de lokale supermarkt is dicht en het restaurant van ons verblijf gaat pas op 14 mei open. Dus geen diner en geen ontbijt.

Geen probleem natuurlijk dan rijden we naar het eerstvolgende plaatsje met faciliteiten en dat is Holmavik. Zo’n 33 km weer terug. Zij hebben de beschikking over twee restaurants en een supermarkt. Wat wil een mens meer. Nou, bijvoorbeeld dat je er kan eten. Het enige fatsoenlijke restaurant was niet open voor publiek vanwege een “private event” en het andere was het museum of Witchcraft waarvan de keuken om 17:30 sluit (kon de jongen van de supermarkt vertellen om 17:15). Nu zijn wij toch niet zo van de gepocheerde padden eieren en gefrituurde vleermuis vlerken dus erg vinden we het niet. De jongen in de supermarkt heeft de oplossing voor de inmiddels wanhopige blik in onze hongerige ogen. Zie foto.

Plus onbeperkt koffie uit een automaat 

Voor de culinair geëngageerde lezers, het betreft hier een gebonden bloemkoolsoep zonder spekjes, zonder lente-ui en geen croutons. Het geserveerde plakje maïsbrood is heerlijk afgemaakt zonder kruidenboter en ook zonder tapenade. Het worstje is van het type slow coocking. Dat betekent dat hij de hele dag in zijn eigen vocht heeft mogen garen terwijl hij al in de fabriek voorgegaard is. Het broodje is duurzaam gemaakt zodat hij over drie weken nog net zo mals is als vandaag.

Natuurlijk zijn we niet in één ruk van Isafjordur naar Drangsnes gereden. Er zat wat tussen. We hebben eerst om tien uur het Artic Fox Museum bezocht waar wederom we als eerste en enige bezoekers welkom geheten werden door een uiterst sympathiek trollenvrouwtje. Helaas wist ze niet hoe een filmpje te starten op de TV maar hebben we veel geleerd over de kleuren van de vos. De koffie hebben we maar gelaten voor wat het was. Het museum had een hoog huiskamer gehalte en dat geldt voor meer locaties die we vandaag aandoen.

Het enige levende vosje in het museum

Na het museum was het tijd voor een wandeling. Aan het einde van de fjord is een parkeerplaats en de start van een loopje naar een waterval 2 km heen en 2 km terug. Peuleschil, maar ze zeggen er niet bij dat je 2 km door een moeras moet waden. Gelukkig hebben we waterdichte schoenen. Zelfs een instortende sneeuwbrug waardoor wij beiden in een beek belanden houdt ons niet tegen. (Ok, ik overdrijf een beetje)

Het gat in de sneeuwbrug

Na ons avontuur is het tijd voor koffie in een ander trollenhuisje. vriendelijke bediening maar je houdt er wel hoofdpijn aan over.

Na de koffie rijden we naar een van de mooiste watervallen van deze trip.

Ondeugende auto zoekt leuke wasstraat.

Na de waterval is het doorrijden naar ons hotel in Drangsnes. Prachtige rit met als bonus nog wat dikbuikige vrienden die lekker liggen te zonnen op een steen. Ons hotel is een soort appartement met een met schuifpui afgesloten zitje waar je ongeacht de weerelementen lekker kan ontbijten. Althans als je ontbijt lekker is. Onze keuze uit de supermarkt is voorspelbaar.

De weg naar Ísafjörður

Na een rustige nacht in het Fosshotel verheugen we ons op het ontbijt. We laten de visolie die standaard in elk buffet staat onaangeroerd en koersen af op de Skyr en toast met scrambled eggs. Knappe sapjes zijn nauwelijks te vinden maar de koffie is meestal prima. Goed gevuld en gemutst checken we uit en gaan op pad. Binnen een kilometer krijg ik echter een onrustig gevoel. Bijna vanzelfsprekend ga je in je hoofd na wat je allemaal gebruikt hebt tijdens twee diners en tel je alle kosten op. Zelfs in het meest vraatzuchtige scenario kom ik niet aan het bedrag dat ik net betaald heb.

Dan heb je een keuze. Of je rijdt door en leeft verder met het ongemakkelijke gevoel dat je misschien teveel betaald hebt. Of je vraagt de chauffeur meteen om te draaien en terug te rijden naar het hotel om het vermeende bedrog te ontmaskeren. Dat laatste is het geworden. Bij de receptie een uitdraai gevraagd en deze met het wijsvingertje nagelopen. De pijnlijke waarheid is dat alles gewoon klopt. Het vertrouwen in de mensheid is hersteld en opgeruimd gaan we nu echt op pad naar Isafjordur.

Proost

De dag brengt niet het beste weer en dat is vooral jammer als het zicht minder is. IJsland staat bekend om zijn snelle weersveranderingen en dat maken we dan ook regelmatig mee. De Family playlist gaat weer op en het eerste doel is een hotspring. IJsland barst van de natuurlijke warmwaterbronnen. Stop een pijp in de grond en er spuit vanzelf heet water naar boven dat je kan gebruiken voor het verwarmen van huizen , om te douchen en om toeristenbestemming vermaken. Dat laatste gebeurt in tal van baden waar je dan je vellen in kan weken en ziektes uitwisselen. Je kan daar voor betalen en dan word je extra verwend met luxe zaken als een dak boven je hoofd en toiletten voor als je moet. Het kan echter ook gratis en dan krijg je het volgende.

Door de welwillende dorpsbewoners is een openbaar bad in elkaar geknutseld in de buitenlucht waar je gevraagd wordt om te doneren. Dat hebben Joshua en ik dan ook in het bad gedaan. Zie de foto rechtsonder. We hebben nog geprobeerd geld uit het kastje te halen voor onze donatie maar dat is niet gelukt.

Op zoek naar de mooiere highlights van dit land komen we vanzelf bij watervallen uit. Sommigen hebben inderdaad water dat valt maar als je wat hoger komt zijn ze ook wel eens bevroren, zelfs in mei.

Laag
Hoog

De plaats zelf is op een klein schiereiland in een fjord gelegen en je bent dus bijna geheel omgeven door water. Het is zo groot dat op plattegrond elk huis individueel getekend is in het centrum. We wandelen het dan ook zo rond. Onze speciale aandacht gaat wel uit naar een lokale brouwerij. Dokkan Brugghús !!! Met een beetje mazzel hebben ze proeflokaal. We zoeken op een soort industrieterrein waar je geen café verwacht en opeens is daar het Walhalla.

Toegegeven, het is niet het meest gezellige café en ook de drukte moet je voor lief nemen (zie foto) maar de snacks zijn prima. Vooral de Buffalo Wings met het blue cheese sausje en de schapen jerky zijn favoriet. Geserveerd door een tattoo dame met verdacht vreemd dikke lippen, wat wil je meer. Dat is trouwens een dingetje hier. Wij schatten in dat de zorg het enige in IJsland is dat betaalbaar is. Het aantal iets te goedkope verbouwde vrouwen is bovengemiddeld.